omkoopschandaal
- om·koop·schan·daal
- samenstelling van omkoop zn en schandaal zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | omkoopschandaal | omkoopschandalen |
verkleinwoord | omkoopschandaaltje | omkoopschandaaltjes |
het omkoopschandaal o
- zaak waarbij er schande wordt gesproken over een ambtsdrager die onrechtmatig geld of diensten heeft ontvangen tijdens het uitoefenen van zijn ambt
- ▸ Kuczynski wordt ervan beschuldigd dat hij heeft gelogen over een bedrag van 782.000 dollar dat zijn ingenieursbureau tien jaar geleden zou hebben ontvangen van het Braziliaanse bouwbedrijf Odebrecht. Dat bedrijf is het middelpunt van een groot omkoopschandaal. Het heeft toegegeven dat het voor zo'n 800 miljoen dollar in heel Latijns-Amerika mensen heeft omgekocht, onder wie Peruaanse politici.[1]
- ▸ Fans van KV Mechelen komen naar het stadion, ondanks dat er niet gevoetbald wordt. Ze zoeken steun na het nieuws over het omkoopschandaal in het Belgische voetbal.[2]
- Het woord omkoopschandaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron NOS Nieuws“President Peru treedt af na omkoopschandaal” (Woensdag 21 maart 2018, 22:17), NOS
- ↑ Weblink bron NOS Nieuws“'We steunen onze club, in goede en slechte tijden'” (Zondag 14 oktober 2018, 20:04), NOS