oerinsecten
- Geluid: oerinsecten (hulp, bestand)
- IPA: / ˈurɪnsɛktə(n) / (4 lettergrepen)
- oer·in·sec·ten
- oerinsect met uitgang -en
de oerinsecten mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord oerinsect
- ▸ Als oerinsecten zijn zilvervisjes het product van een ondernemende generatie die erin slaagde zich helemaal onafhankelijk te maken van het water.[1]
- meervoudsvorm als officiële benaming (dierkunde) (historisch) onderklasse Apterygota
- [2] insecten, zespotigen, geleedpotigen, dieren
- [2] franjestaarten
- Het woord 'oerinsecten' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron Frans van der Helm“Het zilvervisje verdient respect” (19 augustus 1999) op nrc.nl
- ↑ Weblink bron Kalshoven, Louis George Edmund“De biologie van de djatitermiet (Kalotermes tectonae Damm.) in verband met zijn bestrijding”, proefschrift (1930), Veenman en zonen, Wageningen, p. 50/51