• oc·cul·tist
enkelvoud meervoud
naamwoord occultist occultisten
verkleinwoord

de occultistm

  1. beoefenaar van het occultisme een onofficiële, geheime, religieuze leer
    • Hiervoor heb jij diverse talenten tot je beschikking. Louis kan zich specialiseren tot detective, occultist of diplomaat waarbij verschillende vaardigheden om de hoek komen kijken. Een detective is goed in het ondervragen van gasten en andere psychologische aspecten, terwijl een diplomaat meer van politiek afweet en enkele handige afleidingsmanoeuvres heeft als een vraag je niet bevalt. [2] 
    • Uiteraard ontbreekt de studie van culturele aspecten niet. Zo wordt aandacht besteed aan de rol van het beeld in de zestiende eeuw. Er zijn echter ook meer exotische, of zelfs esoterische aandachtspunten. Zo zijn onderzoekers bezig met aspecten van hekserij en met de leer van Paracelsus, een bekende alchemist en occultist, die in onze tijd in occulte kringen weer volop aandacht krijgt. [3] 
    • Sommigen verbonden zich aan esoterische geheime genootschappen voor mannen, zoals Hess. Heinrich Himmler, die zelf een fanantieke occultist was, wilde zelfs, met de graalridders voor ogen, binnen de SS een zelfstandige ridderorde oprichten. [4] 
79 % van de Nederlanders;
71 % van de Vlamingen.[5]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. De Telegraaf RICK DIJS (XGN.NL) 11 jan. 2019 Review The Council
  3. Reformatorisch Dagblad 21-10-2005 Vierhonderd lezingen in vier dagen
  4. Reformatorisch Dagblad René Zeeman 25-04-2007 Hitlers dodelijke heilsleer
  5.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be