observatiehuis
- ob·ser·va·tie·huis
- samenstelling van observatie en huis
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | observatiehuis | observatiehuizen |
verkleinwoord | observatiehuisje | observatiehuisjes |
het observatiehuis o
- inrichting waar kinderen en volwassenen met problemen in observatie (of in voorlopige hechtenis) zijn
- Het woord observatiehuis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.