Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • nou·vel·le
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord nouvelle nouvelles
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de nouvellev

  1. schrijfwijze voor novelle, prozaverhaal dat wat korter is dan een roman
    • Hij zingt en danst in de nouvelle als een uitzinnige, echter alleen voor zijn collega's. [1]

Bijvoeglijk naamwoord

nouvelle

  1. (alleen in vaste verbindingen) nieuw
Uitdrukkingen en gezegden
Opmerkingen
  • Op zichzelf is nouvelle geen Nederlands bijvoeglijk naamwoord, maar het is een deel van vaste verbindingen die wel tot het Nederlands behoren.

Gangbaarheid

85 % van de Nederlanders;
69 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen


Frans

Bijvoeglijk naamwoord

nouvelle

  1. vrouwelijk enkelvoud van nouveau