• nor·ma·li·se·ring
enkelvoud meervoud
naamwoord normalisering normaliseringen
verkleinwoord

de normaliseringv

  1. het normaal worden van iets dat eerst afwijkend of bijzonder was
     Turkije en Armenië positief na gesprek over normalisering betrekkingen[2]
     En dat is problematisch, stellen ze. Wanneer een spraakassistent verlegen reageert op de beledigingen, vergroot dat de normalisering van seksistische intimidatie en gescheld in het dagelijks leven. "Het geeft een impliciete boodschap af over hoe vrouwen en meisjes zich mogen uiten", schrijven ze. "En het maakt vrouwen het 'gezicht' van eventuele fouten in de hardware die voornamelijk geprogrammeerd zijn door mannen."[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Turkije en Armenië positief na gesprek over normalisering betrekkingen” (Zaterdag 12 maart 2022, 10:44), NOS
  3.   Weblink bron
    NOS Nieuws
    “'Onderdanig gedrag van virtuele spraakassistentes zet aan tot seksisme'” (Woensdag 22 mei 2019, 23:02), NOS