normalerwijs
- Geluid: normalerwijs (hulp, bestand)
- IPA: / nɔrˈmalərˌwɛis / (4 lettergrepen)
- nor·ma·ler·wijs
normalerwijs
- als er niets bijzonders is, als alles in een gewone toestand verkeert of op een gewone manier verloopt
- ▸ Alle dieren die we normalerwijs als intelligent beschouwen zijn gewervelden.[2]
- normalerwijze (uitspraakvariant)
- gewoonlijk, normaliter
- Het woord normalerwijs staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ normalerwijs op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron Lucas Brouwers“Hoe de octopus over zichzelf denkt” (28 april 2017) op nrc.nl