• nor·ma·ler·wijs

normalerwijs

  1. als er niets bijzonders is, als alles in een gewone toestand verkeert of op een gewone manier verloopt
     Alle dieren die we normalerwijs als intelligent beschouwen zijn gewervelden.[2]
  1. normalerwijs op website: Etymologiebank.nl
  2.   Weblink bron
    Lucas Brouwers
    “Hoe de octopus over zichzelf denkt” (28 april 2017) op nrc.nl