• neer·schrij·ven
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
neerschrijven
schreef neer
neergeschreven
klasse 1 volledig

neerschrijven

  1. overgankelijk ergens een schriftelijke notitie van maken, schriftelijk vastleggen
    • Gelukkig had hij het nummer neergeschreven.