neem deel
- neem deel
vervoeging van |
---|
deelnemen |
neem deel
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van deelnemen
- Ik neem deel.
- gebiedende wijs van deelnemen
- Neem deel!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van deelnemen
- Neem je deel?
- Het woord neem deel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.