nachttraining

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  nachttraining    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• nacht·trai·ning

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  nacht  en  training 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	nachttraining	nachttrainingen
verkleinwoord	nachttraininkje	nachttraininkjes

Zelfstandig naamwoord

de nachttraining v / m

1. een training die men 's nachts houdt.
2. een training gehouden om om te gaan met de omstandigheden van de nacht goed om te leren gaan.

Gangbaarheid

• Het woord 'nachttraining' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.