nablijven
- na·blij·ven
- samenstelling van na bw en blijven ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
nablijven |
bleef na |
nagebleven |
klasse 1 | volledig |
nablijven
- ergatief langer blijven dan de normale tijd, bijvoorbeeld de schooltijd
- Hij is nog enige tijd nagebleven om zijn werk af te maken.
- Het woord nablijven staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "nablijven" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be