Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mu·ziek·keu·ze
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord muziekkeuze muziekkeuzes
muziekkeuzen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de muziekkeuzev / m

  1. (muziek) door iemand geselecteerde muziek
     ... de vrij smakeloze muziekkeuze van de presentator van een plaatselijke hipster-radiozender in Williamsburg ...[1]
     Het zal nog een paar dagen duren voordat Duitsland een nieuwe bondskanselier heeft. Maar vanavond neemt het land alvast afscheid van Angela Merkel met een militair eerbetoon. De bijzondere taptoe genaamd Großer Zapfenstreich zal live op de Duitse televisie te zien zijn. Van tevoren steelt Merkel al de show met haar opvallende muziekkeuze.[2]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Johan Harstad (vert. Edith Koenders en Paula Stevens)
    “Max, Mischa & het Tet-offensief” (2017), Podium  , ISBN 9789057598500
  2.   Weblink bron “Ostalgie en Nina Hagen: muziekkeuze Merkel verrast bij afscheid” (DO 2 DECEMBER 2021), NOS