Atjehs

Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

mukim

  1. (religie) (islam) gebied waarbinnen moslims één moskee delen, vergelijkbaar met een parochie of kerspel in het Nederlands; oorspronkelijk een gebied met minstens 40 meerderjarige mannelijke ingezetenen
  2. plaatselijke bestuurlijke eenheid in Atjeh met een of meer gampông binnen één kecamatan, of tot de 20e eeuw: sagoe
Overerving en ontlening


Indonesisch

Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

mukim

  1. ingezetene, iemand die ergens vast verblijft
  2. (religie) (islam) moslim die langer in Mekka verblijft dan nodig is voor de hadj
  3. verblijfplaats, woonplaats
  4. (religie) (islam) gebied waarbinnen moslims één moskee delen, vergelijkbaar met een parochie of kerspel in het Nederlands; oorspronkelijk een gebied met minstens 40 meerderjarige mannelijke ingezetenen
  5. plaatselijke bestuurlijke eenheid in Atjeh (tussen gampong en kecamatan) en in Maleisië, Singapore en Brunei