Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mooi·zit·ten
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
mooizitten
zat mooi
mooigezeten
klasse 5 volledig

Werkwoord

mooizitten

  1. onovergankelijk (van een dier) op de achterpoten zitten met opgericht lijf (met de bedoeling een beloning te krijgen)

Gangbaarheid