Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mijn·on·ge·luk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord mijnongeluk mijnongelukken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het mijnongeluko

  1. ongeval in een bedrijf waar delfstoffen worden gewonnen
     Doden Duits mijnongeluk geborgen[1]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Doden Duits mijnongeluk geborgen” (Woensdag 2 oktober 2013, 03:31), NOS