meezitten
- mee·zit·ten
- samenstelling van mee en zitten
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
meezitten |
zat mee |
meegezeten |
klasse 5 | volledig |
meezitten
- onpersoonlijk een gunstig verloop vertonen
- Het heeft hem ook niet meegezeten.
- Het woord meezitten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "meezitten" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be