Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • me·dia·ka·naal
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord mediakanaal mediakanalen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het mediakanaalo

  1. een van de manieren waarop men het grote publiek van informatie kan voorzien
    • De onderneming gebruikte alle mogelijke mediakanalen om de consument te informeren over haar nieuwe producten. 
    • Tijdens de verkiezingen stonden alle mediakanalen bol van de verkiezingspropaganda. 
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid