manteluur
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- man·tel·uur
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van mantel zn en uur zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | manteluur | manteluren |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het manteluur o
- tijd die iemand vrijgesteld wordt van zijn werk om mantelzorg te leveren
Gangbaarheid
- Het woord manteluur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.