Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mag·neet·vis·sen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
magneetvissen
(magneetviste)
gemagneetvist
zwak -t volledig

Werkwoord

magneetvissen

  1. metalen voorwerpen opsporen en boven water halen met een sterke magneet

Meer informatie