maak na
- maak na
vervoeging van |
---|
namaken |
maak na
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van namaken
- Ik maak na.
- gebiedende wijs van namaken
- Maak na!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van namaken
- Maak je na?
- Het woord maak na staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.