Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • lui·zen·cape
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord luizencape luizencapes
verkleinwoord luizencapeje luizencapejes

Zelfstandig naamwoord

de luizencapev / m

  1. een cape bedoeld om de overdracht van luizen via naast elkaar hangende jassen tegen te gaan.
    • De luizencape wordt om de jas geplaatst en dan met jas en al aan de kapstok opgehangen. 
Verwante begrippen

Gangbaarheid