longeren
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- lon·ge·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
longeren |
longeerde |
gelongeerd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
longeren
- overgankelijk (paardrijden) een paard aan een lijn, of longe, in een cirkel laten lopen
Gangbaarheid
- Het woord longeren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.