Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • len·te·zon
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord lentezon lentezonnen
verkleinwoord lentezonnetje lentezonnetjes

Zelfstandig naamwoord

  • de zonneschijn in de lente warmer dan in de winter maar kouder dan in de zomer
  1.  De voorspellingen zijn goed: met 18 graden en een aardig lentezonnetje belooft het donderdag een heerlijke Bevrijdingsdag te worden. Het festival op de Universiteit Twente - Bevrijdingsdag Enschede - is stijf uitverkocht.[1]

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Joost Dijkgraaf
    “Bevrijdingsfestival in Enschede stijf uitverkocht: ‘Al wachtlijst van 3.000 man’” (03-05-2022), Tubantia
  2.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be