leenden uit
- Geluid: leenden uit (hulp, bestand)
- IPA: / ˈlendə(n) ˈœyt / (3 lettergrepen)
- leen·den uit
vervoeging van |
---|
uitlenen |
leenden (…) uit
- meervoud verleden tijd van uitlenen
- Wij leenden uit.
- Jullie leenden uit.
- Zij leenden uit.
- Wij leenden uit.
- Het woord leenden uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.