krachtoefening

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  krachtoefening    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• kracht·oe·fe·ning

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  kracht zn  en  oefening zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	krachtoefening	krachtoefeningen
verkleinwoord	krachtoefeningetje	krachtoefeningetjes

Zelfstandig naamwoord

de krachtoefening v

1. (sport) oefening die erop gericht is de kracht van de spieren te verhogen

   ▸ Wij hebben een groep van 321 meniscuspatiënten tussen de 45 en 70 jaar gevolgd over een periode van vijf jaar. Negen ziekenhuizen in het hele land werkten mee, waaronder het OLVG en Amsterdam UMC. Het ene deel kreeg een kijkoperatie, waarbij het gescheurde gedeelte van de meniscus werd verwijderd. Zij waren ongeveer twee weken na de operatie weer redelijk op de been. De anderen kregen zestien behandelingen fysiotherapie, gedurende acht weken. Dan moet je onder andere denken aan balans- en krachtoefeningen om de stabiliteit van de knie te verbeteren en de spieren rond de knie te versterken.

Gangbaarheid

• Het woord krachtoefening staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.