koloni
- ko·lo·ni
koloni, m
- kolonie
- kolonie (cirkel van landgenoten in het buitenland)
- kolonie (groep mensen met een gemeenschappelijke achtergrond of gemeenschappelijke belangen in een plaats)
- (biologie) kolonie (gemeenschappen van dieren of planten)
- [2]: samfunn
|
|
|
- ko·lo·ni
koloni, m
- kolonie
- kolonie (cirkel van landgenoten in het buitenland)
- kolonie (groep mensen met een gemeenschappelijke achtergrond of gemeenschappelijke belangen in een plaats)
- (biologie) kolonie (gemeenschappen van dieren of planten)
- [2]: samfunn
|
|
|