koekwousen
- Geluid: koekwousen (hulp, bestand)
- IPA: / ˈkukwɑusə(n) / (3 lettergrepen)
- koek·wou·sen
- koekwous met uitgang -en
de koekwousen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord koekwous
- ▸ Toen gingen een paar koekwousen uit Oekraïne, geloof ik, zeggen dat in Nederland BNNVARA niet deugde, ThePostOnline niet deugde en dagblad De Gelderlander nepnieuws verspreidde.[1]
- Het woord koekwousen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Van Raakinterruptie bij debat Begroting Binnenlandse Zaken 2019, inclusief Gemeentefonds en Provinciefonds (18 oktober 2018) in: Handelingen Tweede Kamer der Staten-Generaal, TK 15-5, p. 8 kol. 2