klaplopend
- Geluid: klaplopend (hulp, bestand)
- IPA: / ˈklɑplopənt / (3 lettergrepen)
- klap·lo·pend
vervoeging van: | klaplopen |
verbogen vorm: | klaplopende |
klaplopend
- onvoltooid deelwoord van klaplopen
- Het wittebroodskind Heynken gedraagt zich als een soort Uilenspiegel, die zich met en soms ook ten koste van zijn vrienden al klaplopend vermaakt. [1]
- Het woord klaplopend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Knuvelder, G.P.M.Handboek tot de geschiedenis der Nederlandse letterkunde. Deel 1. (1978) Malmberg, Den Bosch; ISBN 90 208 0251 8; p. 466; geraadpleegd 2018-10-17