• kift
enkelvoud meervoud
naamwoord kift -
verkleinwoord - -

de kiftv / m

  1. onenigheid als gevolg van afgunst
vervoeging van
kiften

kift

  1. enkelvoud tegenwoordige tijd van kiften
  2. gebiedende wijs van kiften
82 % van de Nederlanders;
38 % van de Vlamingen.[3]