kiende uit
- Geluid: kiende uit (hulp, bestand)
- kien·de uit
vervoeging van |
---|
uitkienen |
kiende uit
- enkelvoud verleden tijd van uitkienen
- Ik kiende uit.
- Jij kiende uit.
- Hij, zij, het kiende uit.
- Ik kiende uit.
- Het woord kiende uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.