Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kal·koen·fi·let
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kalkoenfilet kalkoenfilets
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de kalkoenfiletm

  1. plat stuk vlees van een kalkoen zonder botten
    • Verwarm de oven voor op 200 graden en bekleed een bakplaat met bakpapier. Kook de pompoenblokjes 10 minuten voor, in ruim water. Fruit de ui samen met de knoflook in een koekenpan met een scheutje olijfolie. Doe na 5 minuten de kalkoenfilet erbij en bak de blokjes rondom aan. Bak de plakjes champignon een paar minuten mee. Breng op smaak met chilivlokken en zout en peper. Voeg tot slot de pompoenblokjes toe en meng goed door elkaar. Haal de vellen filodeeg voorzichtig van elkaar. Leg 4 plakken naast elkaar zodat een groot vierkant ontstaat. Bestrijk de lap filodeeg met olijfolie en plak de randen aan elkaar. Leg de andere 4 vellen filodeeg erop zodat de strudel straks 2 laagjes deeg heeft en extra krokant wordt. Verdeel het pompoenmengsel over het midden van de vellen filodeeg. Vouw het filodeeg dicht door in de lengte eerst de buitenkanten naar binnen te vouwen en de strudel daarna op te rollen. Bestrijk de strudel met olijfolie en bestrooi met sesamzaadjes. Leg de strudel voorzichtig op de bakplaat en bak hem in 30 minuten goudbruin. Serveer de hartige strudel direct uit de oven, snijd hem aan tafel in dikke plakken. [1] 

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. NRC Sam de Voogt 2 maart 2017