kabinetsadviseur
- ka·bi·nets·ad·vi·seur
- samenstelling van kabinet en adviseur met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kabinetsadviseur | kabinetsadviseurs |
verkleinwoord | kabinetsadviseurtje | kabinetsadviseurtjes |
de kabinetsadviseur m
- medewerker van een ministerieel kabinet
- Het woord 'kabinetsadviseur' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.