internetlijn
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- in·ter·net·lijn
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van internet en lijn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | internetlijn | internetlijnen |
verkleinwoord | internetlijntje | internetlijntjes |
Zelfstandig naamwoord
- (telecommunicatie) communicatielijn waarmee een gebruiker met internet is verbonden
Gangbaarheid
- Het woord 'internetlijn' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.