interim-bondscoach
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- in·te·rim-bonds·coach
Woordherkomst en -opbouw
- (samenkoppeling) van interim en bondscoach
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | interim-bondscoach | interim-bondscoaches |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de interim-bondscoach m
Gangbaarheid
- Het woord interim-bondscoach staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.