• in·me·ten

inmeten [1]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
inmeten
mat in
ingemeten
klasse 5 volledig
  1. ergens de maat van nemen
    • Maar als Koenders restauratiewerk aan de toren moet doen, zijn daarvoor geen tekeningen meer beschikbaar. "We moeten altijd zelf inmeten", aldus Koenders. [2] 
    • Wij bezoeken u aan huis voor het inmeten van het te vervangen apparaat en kunnen U ter plekke adviseren over de mogelijkheden van vervanging. Hierin leveren wij al jaren maatwerk voor ingebouwde vaatwasmachines, kookplaten, (combi)ovens, koel- en vrieskasten, enz. Desgewenst maken we een prijsopgaaf voor de vervanging van uw oude inbouw apparatuur. [3] 
82 % van de Nederlanders;
59 % van de Vlamingen.[4]