mat in
- mat in
vervoeging van |
---|
inmeten |
mat in
- enkelvoud verleden tijd van inmeten
- Ik mat in.
- Jij mat in.
- Hij, zij, het mat in.
- Ik mat in.
- Het woord mat in staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
vervoeging van |
---|
inmeten |
mat in