infrastructuurplan

  • in·fra·struc·tuur·plan
enkelvoud meervoud
naamwoord infrastructuurplan infrastructuurplannen
verkleinwoord infrastructuurplannetje infrastructuurplannetjes

het infrastructuurplano

  1. voornemens die betrekking hebben op het ontwikkelen van wegen, spoorwegen, elektriciteitsnetwerken en andere basisvoorwaarden die nodig zijn voor het functioneren van de samenleving
     Wat Defensie volgens Debie nu nodig heeft, is een infrastructuurplan. "Ze zou eigenlijk mevrouw Ollongren moeten vragen om capaciteit bij het Rijksvastgoedbedrijf. En qua kleding: voor de aanschaf van militair materieel zou een uitzondering op de Europese aanbestedingsregels moeten komen, want die vertragen enorm."[1]
     Met ongeëvenaarde coronasteunpakketten bereikte de nieuwe regering in die eerste maanden de keukentafels van alle Amerikanen. En in de zomer behaalde Biden zijn tot nu toe grootste overwinning in het Congres: met steun uit beide partijen werd een infrastructuurplan aangenomen waar het land al vijftien jaar naar snakte. Eindelijk ging Amerika z'n verouderde wegen, bruggen, vliegvelden en internetverbindingen serieus aanpakken.[2]


  1.   Weblink bron “Een jaar Biden: grote ambities, nog grotere verdeeldheid” (Donderdag 20 januari 2022, 07:07), NOS