ijlings
- ij·lings
ijlings [2]
- met grote haast
- Hij ging er ijlings vandoor.
- Het woord ijlings staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ijlings" herkend door:
81 % | van de Nederlanders; |
88 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ ijlings op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be