idem dito
- idem di·to
- vaste verbinding van idem (bijwoord) en dito (bijwoord) [1]; in de 18e eeuw wordt in opsommingen soms naast elkaar in de ene kolom 'idem' en in de volgende 'dito' gebruikt wat herhalingen sterk benadrukt
idem dito
- volstrekt hetzelfde, precies zo, gebruikt om met nadruk aan te geven dat een eerdere uitspraak hier opnieuw van toepassing is
- We gommen landsgrenzen uit, maar bewaken onze gemeenschappelijke buitengrens niet. Als dit fout loopt – daar kun je op wachten – krijgt Europa de schuld. Idem dito met de euro en defensie. [2]
- Het woord idem dito staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.