icing
  • icing
  • uit het Engels
enkelvoud meervoud
naamwoord icing icings
verkleinwoord

het icingo

  1. (voeding) (kookkunst) eetbare versiering voor taartjes en koekjes
     Met hartjesvormpjes duw je nu in de brownie. Het leukste is om verschillende maten te gebruiken. Decoreer de hartjes met icing en suikerhartjes. Als dit niet met liefde gemaakt is?![1]
52 % van de Nederlanders;
42 % van de Vlamingen.[2]
  1.   Weblink bron
    SUSAN ARETZ
    “Red velvet brownietaart Valentijnhartjestaart” (05 jul. 2016), De Telegraaf
  2.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be