huisjesmelkerij
- huis·jes·mel·ke·rij
- samenstelling van huisje en melkerij met het invoegsel -s-
- van uitmelken
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | huisjesmelkerij | huisjesmelkerijen |
verkleinwoord | - | - |
de huisjesmelkerij v
- het uitmelken van huurders door een malafide huiseigenaar
- Het woord 'huisjesmelkerij' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.