Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hoax
Woordherkomst en -opbouw
  • van het Engels [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord hoax hoaxes
hoaxen
verkleinwoord hoaxje hoaxjes

Zelfstandig naamwoord

de hoaxm

  1. (informatica) een vals gerucht, een bewering die niet waar is, (en soms per e-mail wijde verspreiding kan krijgen), die wordt gebruik om paniek te zaaien onder goedgelovigen

Meer informatie

Gangbaarheid

Verwijzingen


Engels

enkelvoud meervoud
hoax hoaxes

Zelfstandig naamwoord

hoax

  1. schijnvertoning, boerenbedrog