hineininterpretieren

  • hin·ein·in·ter·pre·tie·ren

hineininterpretieren

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
hineininterpretieren
hineininterpretierde
gehineininterpretierd
zwak -d volledig
  1. (filosofie) aan iets of iemand niet bestaande intenties, betekenissen of bedoelingen toeschrijven
     De biografie, geschreven door de man die hem op al zijn reizen en expedities vergezelde, maakt duidelijk dat al zijn onderzoekingen uiteindelijk tot doel hadden om door te dringen in het vernuft van de schepping, met als ultieme oogmerk daarmee het bestaan van God te bewijzen. Dat Kircher zich daarbij nogal eens bediende van dubieuze interpretaties en een vorm van denken die we kennen als hineininterpretieren, levert bij vlagen hilarische passages op.[2]
     Deze docureeks wordt nog leuker om naar te kijken naarmate het nieuwe wielerseizoen vordert. Tom Boonen weet hier nog niet hoe vaak hij intussen alweer is gevallen of ziek geworden. 'Hineininterpretier' u een beroerte![3]
     Critici van de psychoanalyse grijpen de droom van Irma dan ook wel aan om te wijzen op het gevaar van ‘hineininterpretieren’ ("je haalt eruit wat je zelf het liefste ziet") en meer in het algemeen als voorbeeld van hoe de duiding van een droom alle kanten op kan.[4]
  1. hineininterpretieren op website: Etymologiebank.nl
  2.   [Jean-Marie Blas de Roblès - Waar de tijgers thuis zijn Weblink bron] “Jean-Marie Blas de Roblès - Waar de tijgers thuis zijn” (17 juni 2010), Wikipedia
  3.   Weblink bron “Wie is Geert Wilders?” (02/03/2017), De Standaard
  4.   Weblink bron “Irma's injectie” (geraadpleegd 25 april 2021), Wikipedia


stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
hineininterpretierieren
hineininterpretierte
hineininterpretiert
zwak volledig hulpwerkwoord: haben

hineininterpretieren

  1. hineininterpretieren, naar eigen willekeur uitleggen