Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • het niet trek·ken
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

het niet trekken

  1. (informeel) moeten opgeven, niet in staat zijn door te gaan, niet volhouden, niet kunnen verdragen
     Het gezicht van de Turkse jongen is rood aangelopen. Hij trekt het niet dat hij zojuist in bijzijn van al zijn vrienden is vernederd.[1]
     De nonnen hebben allerlei opwindende geruchten opgevangen, de bezetter zou het bijvoorbeeld niet lang meer trekken, ze knijpen hun ogen dicht en hopen vurig dat er inderdaad snel een einde komt aan alle ellende.[2]
Uitdrukkingen en gezegden

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Hasna El Maroudi
    “Eeuwige taalfouten” (8 juni 2006) op nrc.nl  
  2. Rosalie niemand in:
    Ludo Permentier & Rik Schutz
    Typisch Vlaams. 4000 woorden en uitdrukkingen (2015), Davidsfonds, Leuven, ISBN 9789059086517, p. 481 kol. 1/2