• her·op·voe·den
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
heropvoeden
(voedde opnieuw op)
heropvoedde
heropgevoed
zwak -d volledig

heropvoeden

  1. overgankelijk op andere beginselen -vaak ideologische- opnieuw trachten op te voeden
    • De afgezette keizer van China werd door de communisten heropgevoed. 
  • Er is wat de scheidbaarheid betreft een conflict tussen het gewoonlijk onscheidbare voorvoegsel her- en het scheidbare op-. De eindige, gescheiden vormen worden vaak vervangen door gebruik te maken van opnieuw.