• ha·vik·ach·tig
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen havikachtig havikachtiger havikachtigst
verbogen havikachtige havikachtigere havikachtigste
partitief havikachtigs havikachtigers -

havikachtig

  1. lijkend op of eigenschappen hebbend van een havik
    • De agressieve nationalist had havikachtige eigenschappen, want hij was zeer gewelddadig.