handtashond
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: handtashond (hulp, bestand)
Woordafbreking
- hand·tas·hond
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van handtas zn en hond zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | handtashond | handtashonden |
verkleinwoord | handtashondje | handtashondjes |
Zelfstandig naamwoord
de handtashond m
- heel klein (dames)hondje dat in een handtas zou kunnen passen
Hyponiemen
Gangbaarheid
- Het woord 'handtashond' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.