• hakt hout
vervoeging van
houthakken

hakt (…) hout

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van houthakken
    • Jij hakt hout. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van houthakken
    • Hij hakt hout. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van houthakken
    • Hakt hout!