haakten aan
- Geluid: haakten aan (hulp, bestand)
- IPA: / ˈhaktə(n) ˈan / (3 lettergrepen)
- haak·ten aan
vervoeging van |
---|
aanhaken |
haakten (…) aan
- meervoud verleden tijd van aanhaken
- Wij haakten aan.
- Jullie haakten aan.
- Zij haakten aan.
- Wij haakten aan.
- Het woord haakten aan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.