• høn·se·bul·jong

hønsebuljong m

  1. (voeding) kippenbouillon
    «Kok opp fløten sammen med hønsebuljong og tilsett pesto, dijon sennep og paprika.»
    Kook de room met de kippenbouillon op en voeg de pesto, Dijonmosterd en paprika toe.
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   hønsebuljong     hønsebuljongen     hønsebuljonger     hønsebuljongene  
genitief   hønsebuljongs     hønsebuljongens     hønsebuljongers     hønsebuljongenes  



  • høn·se·bul·jong

hønsebuljong m

  1. (voeding) kippenbouillon
    «For Gandhi var alt liv så heilagt at han ikkje ville gje sonen sin hønsebuljong
    Voor Gandhi was al het leven zo heilig dat hij zijn zoon geen kippenbouillon zou geven.
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   hønsebuljong     hønsebuljongen     hønsebuljongar     hønsebuljongane  
genitief